De strijd om het Molotov-Ribbentroppact

Archiefbeeld Wikimedia Commons. Molotov en Ribbentrop na de ondertekening van het niet-aanvalsverdag.
Geschatte leestijd: 5 minuten

In mei, exact 75 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog, ondertekenden de leiders van de Baltische staten een gezamenlijke verklaring waarin werd gewaarschuwd voor Russische geschiedvervalsing. Gesteld werd dat het einde van de Tweede Wereldoorlog niet leidde tot vrijheid in de Baltische staten, maar dat enkel het ene totalitaire regime werd vervangen door het andere. Vooral het Molotov-Ribbentroppact van 1939 staat ter discussie. Estland, Letland en Litouwen noemen het niet-aanvalsverdrag tussen Hitlers Duitsland en Stalins Sovjet-Unie een directe oorzaak van de Tweede Wereldoorlog. De oorlog ruïneerde bovendien niet alleen de levens van miljoenen mensen,  veel landen in Midden- en Oost-Europa verloren ook hun onafhankelijkheid.  

  • Door Simone Kuipers

De Baltische staten verwijten Rusland dat ze steeds grotere vormen van geschiedvervalsing aan het verspreiden zijn. Rusland blijft immers de bezetting van de drie staten rechtvaardigen. Daarbij ontkennen ze dat de Sovjet-Unie agressie gebruikte tegenover haar inwoners. De Baltische staten vragen via deze gezamenlijke verklaring wereldleiders geschiedvervalsing ten alle tijden af te keuren. ‘’Geschiedenis is geschiedenis en feiten zijn feiten,’’ verklaarde de Litouwse president Gitanas Nausėda. ‘’Voor ons eindigde de oorlog pas in 1993 toen de laatste Russische soldaat ons land verliet’’ voegde hij daaraan toe.

De verdeling van Oost-Europa in sferen. Illustratie: Peter Hanula

De vrijheidsmunten van Rusland

Dat Rusland en de Baltische staten botsen over hun gedeelde geschiedenis is niet nieuw. Sinds de val van de Sovjet-Unie beschuldigen beide kanten elkaar van geschiedvervalsing. Vooral het Molotov-Ribbentroppact is een heikel discussiepunt. Het pact bevatte immers een geheim protocol waarin zowel Nazi-Duitsland als de Sovjet-Unie hun invloedssferen afbakenden, hetgeen heeft geleid tot de inlijving van alle drie de Baltische staten door de Sovjet-Unie. Het Molotov-Ribbentroppact staat sindsdien symbool voor de onrechtmatige annexatie van de Baltische staten. Rusland ontkent echter dat het onrechtmatig de Baltische staten heeft bezet. De negatieve aandacht rondom het Molotov-Ribbentroppact zou een westerse poging zijn om Duitsland en de USSR in dezelfde mate aansprakelijk te stellen voor het uitbreken van de oorlog. 

Daugavas vanagi – Europeana 1989. Poster waarop het Molotov-Ribbentroppact wordt aangeklaagd.

Rusland ziet zichzelf namelijk vooral als bevrijder. En dat laten ze graag zien. In 2016 werden veertien nieuwe roebelmunten ingevoerd getiteld Hoofdsteden bevrijd door de Sovjettroepen van de Fascisten. Op drie van deze munten staan Baltische hoofdsteden afgebeeld die – volgens de Russen – door hen zijn bevrijd. Daaronder staan de data gegraveerd waarop de nazi’s in respectievelijk Litouwen, Letland en Estland werden verslagen: ‘’13 июля 1944 г.’’ (13 juli 1944); ‘’15 октября 1944 г.’’ (15 oktober 1944) en ‘’22 сентября 1944 г.’’ (22 september 1944). De Baltische staten spreken schande van deze vrijheidsmunten. De gegraveerde data representeren volgens hen immers de bezetting van de Sovjet-Unie en mogen dus niet gezien worden als munten van bevrijding. 

Stalin in de schoolboeken

Ook in het onderwijs wordt Rusland al jaren beschuldigd van geschiedvervalsing. Gedurende de Sovjetperiode mocht geen enkel schoolboek de Sovjet-Unie in een kwaad daglicht zetten. Ten tijde van de perestrojka- en glasnost-hervormingen van president Gorbatsjov kwam de donkere kant van de Russische geschiedenis naar boven. Voor het eerst werd verder gekeken dan de immer glanzende en heroïsche geschiedenis van Rusland, bekend van de propaganda. De negatieve rol die de Sovjet-Unie heeft gespeeld werd voortaan vaker belicht: Rusland was niet langer de eeuwige bevrijder. 

Met de komst van Poetin veranderde dit weer. Schoolboeken moesten trots voor het thuisland oproepen. In 2012 heeft de Russische overheid daarom de opdracht gegeven om nieuwe schoolboeken te produceren. De boeken dienen bij te dragen aan het positieve imago van het hedendaagse Rusland en ze moeten de voormalige Sovjet-Unie in een beter daglicht zetten. Stalin is in deze schoolboeken weer een held en de Russische geschiedenis is, in Poetins woorden, ‘niets om je voor te schamen’. Tot groot ongenoegen van – onder andere – de Baltische staten.

Medvedevs waarheidscommissie

Ondertussen ergeren de Russen zich aan de beschuldigingen van geschiedvervalsing. De ontberingen die het Rode Leger heeft moeten doorstaan om het fascisme te verslaan zijn een van de grootste heroïsche hoofdstukken van de Russische geschiedenis. Dat ex-Sovjetstaten deze opofferingen beschouwen als een nieuwe bezetting en daarmee onrechtmatig leidt enkel tot onbegrip. Ze claimen dan ook dat het niet Rusland is dat de geschiedenis vervalst, maar juist Europa. In 2005 waarschuwde Poetin daarom voor een toenemend aantal ‘Europeanen die de geschiedenis willen herschrijven’ en de ‘bevrijders en bezetters’ aan elkaar willen gelijkstellen. Nadat Estland het monument ter nagedachtenis aan de gevallen Sovjetsoldaten verwijderde uit het centrum van Tallinn en Litouwen Sovjetsymbolen in de openbare ruimte verbood, besloot voormalig Russisch president Medvedev een speciale waarheidscommissie op te richten. Haar taak is om ‘pogingen tot falsificatie’ van de geschiedenis ten nadele van Rusland op te sporen en maatregelen hiertegen te ontwikkelen.


In het kort: 'De Bronzen Nacht van Estland'

De Bronzen Nacht van Estland
In april 2007 liepen de frustraties tussen Esten en Russische minderheden hoog op. Aanleiding was de verplaatsing van het standbeeld De Bronzen Soldaat van het centrale plein in Tallinn naar de militaire begraafplaats aan de rand van de stad. Voor de meeste Esten is het standbeeld een naar aandenken aan 48 jaar Sovjetoppressie. Voor de Russen is het een monument die de gesneuvelde Sovjetsoldaten in de strijd tegen het fascisme herdenkt. Al jaren heerste er onrust rondom het standbeeld. In 2006 dreigde een Estse nationalist het standbeeld op te blazen en sindsdien werd De Bronzen Soldaat dag in dag uit beveiligd. Toen in april 2007 de Estse regering besloot het standbeeld te verplaatsen gingen duizenden woedende Russische minderheden uit protest de straat op. Chaos brak uit. Dagenlang waren er confrontaties, rellen en plunderingen. Er vielen honderden gewonnen en zelfs een dode. In de maanden erna werd de Estse overheid door een serie van cyberattacks – vermoedelijk vanuit Rusland - getroffen.  

Het standbeeld ‘De Bronzen Soldaat’. Foto: Keith Ruffles

Ook in Rusland bleef de spanning tussen beide landen niet onopgemerkt. De Russische politiek reageerde furieus. Minister Lavrov van buitenlandse zaken noemde de verplaatsing ‘walgelijk’ en beschouwde het als een poging tot herschrijving van de geschiedenis.


De kwestie rondom het Molotov-Ribbentroppact zal nog lang tot onenigheid leiden tussen Rusland en de Baltische Staten. Het gezamenlijke statement brengt daar geen verandering in. Wel laat het zien dat de Balten meer en meer afstand nemen van de Sovjetperiode. Rusland daarentegen blijft op het ‘wij zijn enkel bevrijders’-voetstuk staan. En zo blijft mei 1945 voor de een overwinningsmaand, en voor de ander het begin van decennialang oppressie.