Polen: geen land van fietsers en vegetariërs - Jeroen Kuiper Dato 2018, 231 pagina's paperback
Na enkele decennia van geringe of op optimisme gebaseerde verhalen over Polen in de media, zijn zorgen over de politieke situatie van onze indirecte buur de afgelopen jaren teruggekeerd op de pagina’s van Nederlandse kranten. Tegelijkertijd blijft Polen, ondanks dat het slechts twee grenzen verderop ligt en een toenemend aantal mensen met een prijsvechter Krakau of Gdańsk heeft bezocht, bij het grote publiek relatief onbekend. Jeroen Kuiper, een journalist en milieuactivist die in de jaren negentig in Polen studeerde en het land daarna veelvuldig bezocht, zette zichzelf aan de ambitieuze taak om daar verandering in te brengen. Met zijn boek Polen: geen land van fietsers en vegetariërs probeert hij achtergronden te geven bij de situatie waarin het land verkeert sinds in 2015 de huidige regeringspartij PiS (Prawo i Sprawiedliwość; Recht en Gerechtigheid) aan de macht kwam. Dat is geen gemakkelijke taak: niet alleen vanwege de geringe voorkennis bij een deel van het publiek en de complexiteit van de Poolse politieke situatie, maar vooral ook vanwege de snelheid van de ontwikkelingen. Kuiper is zich bewust dat hij een bij voorbaat verloren strijd aangaat: ‘De veranderingen in Polen verlopen in zo’n adembenemend hoog tempo, dat een geschreven tekst binnen een paar maanden kan zijn achterhaald’ (p.14).
- recensie door Christie Miedema
Wat niet aan verandering onderhevig is, is de redenen waarom PiS in 2015 kon winnen en nog steeds grote populariteit geniet onder een belangrijk deel van de bevolking. In het geven van de achtergronden daarvan voor een groter publiek, valt zeker een rol te spelen. Kuiper geeft terechte aandacht aan hoezeer de voorgaande regering, onder de huidige Europese ‘president’ Tusk, bijgedragen heeft aan de huidige situatie in Polen: ‘Aan de onderkant van de samenleving groeide de ontevredenheid over de politiek van de neoliberale regering van premier Donald Tusk, die van 2007 tot 2015 regeerde. Het establishment nam deze ontevredenheid echter nauwelijks waar. Hard werken, je bent zelf verantwoordelijk voor je eigen geluk, dan komt het allemaal wel goed, was het devies. (…) De winkeletalages zijn tegenwoordig dan wel vol, maar nog altijd leeft ongeveer een kwart van de bevolking in armoede’ (p. 11).
Kuiper weet de juiste onderwerpen te kiezen en uit te diepen in een reeks aan reizen, interviews en observaties
Economische ongelijkheid en ontevredenheid liggen aan de basis van het huidige succes van PiS, dat daarop inspeelde met radicale programma’s. Dat bestaat niet alleen uit de – voor Poolse begrippen – genereuze kinderbijslag vanaf het tweede kind, maar ook een algehele afrekening met het communistische en recentere verleden onder de slogan ‘goede verandering’. Als onderdeel daarvan bedrijft PiS een geschiedpolitiek die de Pool weer trots moet laten zijn op zijn land en zijn waardigheid terug moet geven. Kuiper benadrukt terecht dat de verklaring gedeeltelijk in de economische verwaarlozing van een deel van de bevolking door eerdere regeringen te zoeken is, maar dat de populariteit van PiS in belangrijke mate ook te danken is aan immateriële verworvenheden, zoals het ‘teruggeven’ van waardigheid aan mensen die deze verloren meenden te hebben.
Het boek behandelt een groot aantal onderwerpen die cruciaal zijn om het huidige Polen te verklaren: de stichtende mythe van de vliegramp bij Smolensk waarbij de toenmalige president en broer van de huidige PiS-leider, Lech Kaczyński, in 2010 om het leven kwam; de manier waarop de politieke situatie vriendschappen en families doorsnijdt en kapot maakt; de opkomst van extreem-rechts en de explosiviteit van de vluchtelingenkwestie; het gebruik en misbruik van de Poolse geschiedenis; de zwakte van politiek links. Kuiper weet de juiste onderwerpen te kiezen en uit te diepen in een reeks aan reizen, interviews en observaties.
Verwarrend
Maar voor de lezer voor wie Polen niet zulk betekend terrein is – de lezer die dus baat zou hebben bij de identificatie van belangrijke thema’s die Kuiper levert – kan de manier waarop de onderwerpen uitgediept worden niet anders dan als verwarrend worden ervaren. Het lijkt of Kuiper niet kon kiezen tussen een persoonlijk reisverslag, een politieke analyse en een interviewbundel. Het aantal mensen dat Kuiper geïnterviewd heeft is indrukwekkend en de keuzes zijn vaak zeer relevant en leveren nu en dan zeer geslaagde microreportages op. Goede voorbeelden zijn zijn bezoek aan een asielzoekerscentrum midden in de bossen en het Museum voor Polen die Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben gered. Maar op andere momenten hangen de interviews los in de ruimte, omdat de protagonisten niet duidelijk geïntroduceerd worden, omdat hun uitspraken – ook als ze controversieel zijn, of incorrect – onbecommentarieerd en zonder context worden gelaten, en omdat de volgorde van de interviews soms meer bepaald lijkt door de chronologie van Kuipers reizen dan door thematische logica.
Uitspraken van zowel PiS-vertegenwoordigers als oppositiekandidaten blijven zonder verdere uitleg, zoals angstaanjagerij over zaken zoals een aanstaande Polexit en arrestatie van oppositieleden die best genuanceerd had mogen worden. Op dezelfde manier had bijvoorbeeld bij de uitspraak van één van de geïnterviewden dat het bij de verdrijving van de Duitsers uit Polen na de oorlog om de grootste etnische zuivering uit de geschiedenis van de mensheid gaat best wel wat duiding van de auteur gepast. Of bij de vraag of de oudere activist die hij bij een bijeenkomst van de linkse partij Razem tegenkomt echt lid is geweest van de bekende Poolse oppositiegroep uit de jaren zeventig, KOR.
Bovendien worden de interviews doorsneden door reisobservaties en herinneringen, die soms een interessante context bieden, maar waarvan ook geregeld de toegevoegde waarde onduidelijk blijft. Dit zal zeker de lezer zonder veel achtergrondkennis van Polen zo nu en dan gedesoriënteerd achterlaten.
Gemiste kansen
Hoewel Kuiper zeker veel van de belangrijkste hete hangijzers in de huidige Poolse politiek en samenleving heeft weten uit te diepen, heeft hij ook enkele kansen gemist. Hij verklaart bijvoorbeeld waar de ondertitel van zijn boek vandaan komt – een uitspraak van de minister van buitenlandse zaken uit 2016 – maar laat helaas achterwege om uit te zoeken wat er klopt van die uitlating, of waar het sentiment vandaan komt. Een andere gemiste link is die tussen de Poolse en Oekraïense partizanen in de tijd kort na de Tweede Wereldoorlog, die ondanks etnisch gemotiveerde moorden beiden nu door politieke groepen in de respectievelijke landen geëerd worden, terwijl de helden van de andere zijde worden veroordeeld. Bovendien duiken er hier en daar fouten of slordige vertalingen op in de tekst. Zo lijkt het onwaarschijnlijk dat Oekraïeners of Polen van Oekraïense afkomst spreken over ‘de burgeroorlog’ in Oost-Oekraïne (een conflict waarvan iedere Oekraïener weet dat er niet alleen landgenoten tegen elkaar strijden), of dat ze zouden spreken over ‘de’ Oekraïne – een aanduiding die in Duitsland nog gebruikelijk is, maar in het Nederlands met het einde van de Sovjet-Unie is verdwenen. Dezelfde vraag dient zich aan bij een citaat van Jacek Kołtan, onderdirecteur van het Europeskie Centrum Solidarności in Gdańsk. Zou hij echt de controversiële uitspraak gebezigd hebben dat PiS ‘in de praktijk een nationaal-socialistische politiek’ voert (p. 214)? Of bedoelde hij een nationaal-georiënteerd socialisme en is dit een slordige vertaling? Omdat de citaten vaak op zichzelf staan, zonder verdere uitleg of doorvragen van de auteur, kan de lezer deze vragen niet beantwoorden.
Dit alles neemt niet weg, dat de lezer van Kuipers boek wel degelijk vele interessante stukken Poolse geschiedenis en Pools heden voorgeschoteld en uitgediept krijgt. Hopelijk daagt dat lezers uit om verder na te denken over nieuwe onderwerpen, verbanden te leggen en meer informatie te zoeken om Polen beter te begrijpen. Kuipers boek biedt een kaleidoscoop op Polen: de lezer ziet een veelkleurig mozaiek van mooie verhalen en kleine reportages, maar loopt bij elke wending wel het risico de oriëntatie te verliezen en de verbanden opnieuw te moeten leggen.